Jesaja 28:18

18 En ulieder verbond met den dood zal te niet worden, en uw voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, dan zult gijlieden van denzelven vertreden worden.

Jesaja 28:18 Meaning and Commentary

Isaiah 28:18

And your covenant with death shall be disannulled
Or, "be besmeared" F24, or daubed over, as the ark was with pitch, ( Genesis 6:14 ) where the same word is used as here; so that it shall not be legible, as any writing that is blotted out by ink, or any other liquor, so that it cannot be read; in like manner this their covenant with death should be so obliterated, that the articles of it could not be made out, and so of no force; thus the Targum renders it,

``shall be made void;''
(See Gill on Isaiah 28:15): and your agreement with hell shall not stand;
or "vision", or "provision" F25; which they had made by compact, with the greatest care, caution, and foresight, to secure themselves from destruction, would be found insufficient. The Targum is,
``and our peace, which was with the destroyer, shall not stand;''
(See Gill on Isaiah 28:15): when the overflowing scourge shall pass through:
the land of Judea and the city of Jerusalem; (See Gill on Isaiah 28:15): then shall ye be trodden down by it:
though they flattered themselves it should not come near them, yet it would; and they would not be able to stand before it, but would be thrown down, and trampled upon by it as the mire of the streets; see ( Luke 21:24 ) .
FOOTNOTES:

F24 (rpkw) "Heb. oblinetur", Piscator; "quasi pica illita tabulae literaeque foederis incrustentur, inducantur ac dispereant", Gusset. Comment. Ebr. p. 397.
F25 (Mktwzxw) "et visio vestra", Vatablus; "cautio vestra", Junius & Tremellius, Piscator, Heb. "visio", i.e. "provisio", Piscator.

Jesaja 28:18 In-Context

16 Daarom, alzo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik leg een grondsteen in Sion, een beproefden steen, een kostelijken hoeksteen, die wel vast gegrondvest is; wie gelooft, die zal niet haasten.
17 En Ik zal het gericht stellen naar het richtsnoer, en de gerechtigheid naar het paslood; en de hagel zal de toevlucht der leugen wegvagen, en de wateren zullen de schuilplaats overlopen.
18 En ulieder verbond met den dood zal te niet worden, en uw voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, dan zult gijlieden van denzelven vertreden worden.
19 Van den tijd af, als hij doortrekt, zal hij ulieden wegnemen, want allen morgen zal hij doortrekken, bij dag en bij nacht; en het zal geschieden, dat het gerucht te verstaan, enkel beroering wezen zal.
20 Want het bed zal korter zijn, dan dat men zich daarop uitstrekken kunne; en het deksel zal te smal wezen, als men zich daaronder voegt.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.