Jozua 11:17

17 Van den kalen berg, die opwaarts naar Seir gaat, tot Baal-Gad toe, in het dal van den Libanon, onder aan den berg Hermon; al hun koningen nam hij ook, en sloeg hen, en doodde hen.

Jozua 11:17 Meaning and Commentary

Joshua 11:17

[Even] from the mount Halak, that goeth up unto Seir
Or the "smooth" and "bald" mountain, which had no trees on it, as some interpret it, observed by Kimchi; it was a mount on the borders of Edom, to which the land of Canaan reached on that side:

even unto Baalgad, in the valley of Lebanon, under Mount Hermon;
and so describes the northern part of the land conquered by Joshua:

and all their kings he took, and smote them, and slew them;
both in the southern and northern parts of the land.

Jozua 11:17 In-Context

15 Gelijk als de HEERE Mozes, Zijn knecht, geboden had, alzo gebood Mozes aan Jozua; en alzo deed Jozua; hij deed er niet een woord af van alles, wat de HEERE Mozes geboden had.
16 Alzo nam Jozua al dat land in, het gebergte, en al het zuiden, en al het land van Gosen, en de laagte, en het vlakke veld, en het gebergte Israels, en zijn laagte.
17 Van den kalen berg, die opwaarts naar Seir gaat, tot Baal-Gad toe, in het dal van den Libanon, onder aan den berg Hermon; al hun koningen nam hij ook, en sloeg hen, en doodde hen.
18 Vele dagen voerde Jozua krijg tegen al deze koningen.
19 Er was geen stad, die vrede maakte met de kinderen Israels, behalve de Hevieten, inwoners van Gibeon; zij namen ze allen in door krijg.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.