Klaagliederen 4:18

18 Tsade. Zij hebben onze gangen nagespeurd, dat wij op onze straten niet gaan konden; ons einde is genaderd, onze dagen zijn vervuld, ja, ons einde is gekomen.

Klaagliederen 4:18 Meaning and Commentary

Lamentations 4:18

They hunt our steps, that we cannot go in our streets
The Chaldeans, from their forts and batteries, as they could see, they watched the people as they came out of their houses, and walked about the streets, and shot their arrows at them; so that they were obliged to keep within doors, and not stir out, which they could not do without great danger: our end is near, for our days are fulfilled; for our end is come;
either the end of their lives, the days, months, and years appointed for them being fulfilled; or the end of their commonwealth, the end of their civil and church state, at least as they thought; the time appointed for their destruction was not only near at hand, but was actually come; it was all over with them.

Klaagliederen 4:18 In-Context

16 Pe. Des HEEREN aangezicht heeft ze verdeeld. Hij zal ze voortaan niet meer aanzien; zij hebben het aangezicht der priesteren niet geeerd, zij hebben den ouden geen genade bewezen.
17 Ain. Nog bezweken ons onze ogen, ziende naar onze ijdele hulp; wij gaapten met ons gapen op een volk, dat niet kon verlossen.
18 Tsade. Zij hebben onze gangen nagespeurd, dat wij op onze straten niet gaan konden; ons einde is genaderd, onze dagen zijn vervuld, ja, ons einde is gekomen.
19 Koph. Onze vervolgers zijn sneller geweest dan de arenden des hemels; zij hebben ons op de bergen hittiglijk vervolgd, in de woestijn hebben zij ons lagen gelegd.
20 Resch. De adem onzer neuzen, de gezalfde des HEEREN, is gevangen in hun groeven; van welken wij zeiden: Wij zullen onder zijn schaduw leven onder de heidenen!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.