Leviticus 2:8

8 Dan zult gij dat spijsoffer, hetwelk daarvan zal gemaakt worden, den HEERE toebrengen; en men zal het tot den priester doen naderen, die het tot het altaar dragen zal.

Leviticus 2:8 Meaning and Commentary

Leviticus 2:8

And thou shalt bring the meat offering, that is made of
these things, unto the Lord
Either to the tabernacle, the house of the Lord, or to the Lord's priest, as it follows:

and when it is presented to the priest;
by the owner of it:

he shall bring it unto the altar;
to the south west horn of the altar F15.


FOOTNOTES:

F15 Jarchi & Gersom in loc. T. Bab. Sotah, fol. 14. 2. Menachot, fol. 8. 2. Zebachim, fol. 63. 1.

Leviticus 2:8 In-Context

6 Breekt ze in stukken, en giet olie daarop; het is een spijsoffer.
7 En zo uw offerande een spijsoffer des ketels is, het zal van meelbloem met olie gemaakt worden.
8 Dan zult gij dat spijsoffer, hetwelk daarvan zal gemaakt worden, den HEERE toebrengen; en men zal het tot den priester doen naderen, die het tot het altaar dragen zal.
9 En de priester zal van dat spijsoffer deszelfs gedenkoffer opnemen, en op het altaar aansteken, het is een vuuroffer, tot een liefelijken reuk den HEERE.
10 En wat overblijft van het spijsoffer, zal voor Aaron en zijn zonen zijn; het is een heiligheid der heiligheden van de vuurofferen des HEEREN.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.