Leviticus 26:39

39 En de overgeblevenen onder u zullen om hun ongerechtigheid in de landen uwer vijanden uitteren; ja, ook om de ongerechtigheden hunner vaderen zullen zij met hen uitteren.

Leviticus 26:39 Meaning and Commentary

Leviticus 26:39

And they that are left of you shall pine away in their
iniquity in your enemies' lands
Such as were not taken off by any public calamity, as the sword or pestilence should gradually diminish and melt away like wax before the fire, and die in and for their iniquities in an enemy's country, see ( Ezekiel 24:23 ) ( 33:10 ) ;

and also in the iniquities of their fathers shall they pine away with
them;
or for the iniquities of their evil fathers, as the Targums of Onkelos and Jonathan; they treading in their steps, and doing the same evil deeds, whereby they filled up the measure of their fathers' sins, and brought upon them deserved punishment. ( Matthew 23:32 Matthew 23:33 ) .

Leviticus 26:39 In-Context

37 En zij zullen de een op den ander als voor het zwaard vallen, waar niemand is, die jaagt; en gij zult voor het aangezicht uwer vijanden niet kunnen bestaan.
38 Maar gij zult omkomen onder de heidenen, en het land uwer vijanden zal u verteren.
39 En de overgeblevenen onder u zullen om hun ongerechtigheid in de landen uwer vijanden uitteren; ja, ook om de ongerechtigheden hunner vaderen zullen zij met hen uitteren.
40 Dan zullen zij hun ongerechtigheid belijden, en de ongerechtigheid hunner vaderen met hun overtredingen, waarmede zij tegen Mij overtreden hebben, en ook dat zij met Mij in tegenheid gewandeld hebben.
41 Dat Ik ook met hen in tegenheid gewandeld, en hen in het land hunner vijanden gebracht zal hebben. Zo dan hun onbesneden hart gebogen wordt, en zij dan aan de straf hunner ongerechtigheid een welgevallen hebben;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.