Richtere 20:26

26 Toen togen alle kinderen Israels en al het volk op, en kwamen ten huize Gods, en weenden, en bleven aldaar voor het aangezicht des HEEREN, en vastten dien dag tot op den avond; en zij offerden brandofferen en dankofferen voor het aangezicht des HEEREN.

Richtere 20:26 Meaning and Commentary

Judges 20:26

Then all the children of Israel and all the people went up,
and came unto the house of God
This looks as if the whole body of the army, with other people from parts adjacent, went up to the tabernacle of God in Shiloh:

and wept and sat there before the Lord;
not only wept, but continued weeping, and that not merely for their defeat, but for their sins, since it follows:

and fasted that day until even;
afflicted their bodies with fasting, which was a token of the humiliation of their souls for their sins:

and offered burnt offering's and peace offerings before the Lord,
to make atonement for their sins, and to implore success on their arms.

Richtere 20:26 In-Context

24 Zo naderden de kinderen Israels tot de kinderen van Benjamin, des anderen daags.
25 En die van Benjamin trokken uit hun tegemoet, uit Gibea, op den tweeden dag, en velden van de kinderen Israels nog achttien duizend man neder ter aarde; die allen trokken het zwaard uit.
26 Toen togen alle kinderen Israels en al het volk op, en kwamen ten huize Gods, en weenden, en bleven aldaar voor het aangezicht des HEEREN, en vastten dien dag tot op den avond; en zij offerden brandofferen en dankofferen voor het aangezicht des HEEREN.
27 En de kinderen Israels vraagden den HEERE, want aldaar was de ark des verbonds van God in die dagen.
28 En Pinehas, de zoon van Eleazar, den zoon van Aaron, stond voor Zijn aangezicht, in die dagen, zeggende: Zal ik nog meer uittrekken ten strijde tegen de kinderen van Benjamin, mijn broeder, of zal ik ophouden? en de HEERE zeide: Trekt op, want morgen zal Ik hem in uw hand geven.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.