Richtere 4:16

16 En Barak jaagde ze na, achter de wagenen en achter het heirleger, tot aan Haroseth der heidenen. En het ganse heirleger van Sisera viel door de scherpte des zwaards, dat er niet overbleef tot een toe.

Richtere 4:16 Meaning and Commentary

Judges 4:16

But Barak pursued after the chariots, and after the host, unto
Harosheth of the Gentiles
The place from whence they came, and to which they endeavoured to escape: but he followed them, so close all that way, and made such havoc of them, that

all the host of Sisera fell upon the edge of the sword, [and] there
was not a man left;
no, not one, excepting Sisera, as in ( Judges 4:17 ) ; or "even to one" F12, as in the original text; not one escaped to Hazor to acquaint Jabin of the loss of his army. Philo Byblius says, that nine hundred and ninety seven thousand of Sisera's army were slain.


FOOTNOTES:

F12 (dxa de) "usque ad unum", Montanus.

Richtere 4:16 In-Context

14 Debora dan zeide tot Barak: Maak u op; want dit is de dag, in welken de HEERE Sisera in uw hand gegeven heeft; is de HEERE niet voor uw aangezicht henen uitgetogen? Zo trok Barak van den berg Thabor af, en tien duizend man achter hem.
15 En de HEERE versloeg Sisera, met al zijn wagenen, en het ganse heirleger, door de scherpte de zwaards, voor het aangezicht van Barak; dat Sisera van den wagen afklom, en vluchtte op zijn voeten.
16 En Barak jaagde ze na, achter de wagenen en achter het heirleger, tot aan Haroseth der heidenen. En het ganse heirleger van Sisera viel door de scherpte des zwaards, dat er niet overbleef tot een toe.
17 Maar Sisera vluchtte op zijn voeten naar de tent van Jael, de huisvrouw van Heber, den Keniet; want er was vrede tussen Jabin, den koning van Hazor, en tussen het huis van Heber, den Keniet.
18 Jael nu ging uit, Sisera tegemoet, en zeide tot hem: Wijk in, mijn heer, wijk in tot mij, vrees niet! En hij week tot haar in de tent, en zij bedekte hem met een deken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.