Spreuken 27:18

18 Die den vijgeboom bewaart, zal zijn vrucht eten; en die zijn heer waarneemt, zal geeerd worden.

Spreuken 27:18 Meaning and Commentary

Proverbs 27:18

Whoso keepeth the fig tree shall eat the fruit thereof
That takes care of a fig tree, either his own or another's, planted in his garden or vineyard; see ( Luke 13:6 ) ; who cultivates it, digs about and dungs it, and prunes it, and does everything necessary to it; when it brings forth fruit, and that is ripe and fit to eat, he eats of it, as it is but just he should; see ( 1 Corinthians 9:7 ) ; so he that waiteth on his master;
or "that keeps his master" F11, his person from danger, and his goods faithfully committed to his trust; or "that observes his master" F12, that looks to his hand, observes his motions, directions, and commands; shall be honoured;
as Joseph was in Potiphar's house, and elsewhere; and as all those are who observe the commandments of God, and are the servants of Christ; see ( 1 Samuel 2:30 ) ( John 12:26 ) .


FOOTNOTES:

F11 (rmv) "qui custodit", Pagninus, Mercerus, Gejerus; "custodiens", Montanus; "qui custos est domini sui", V. L.
F12 "Observat", Tigurine version, Junius & Tremellius, Piscator, Michaelis; "observans", Cocceius, Schultens.

Spreuken 27:18 In-Context

16 Elkeen, die haar verbergt, zou den wind verbergen, en de olie zijner rechterhand, die roept.
17 Ijzer scherpt men met ijzer; alzo scherpt een man het aangezicht zijns naasten.
18 Die den vijgeboom bewaart, zal zijn vrucht eten; en die zijn heer waarneemt, zal geeerd worden.
19 Gelijk in het water het aangezicht is tegen het aangezicht, alzo is des mensen hart tegen den mens.
20 De hel en het verderf worden niet verzadigd; alzo worden de ogen des mensen niet verzadigd.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.