1 Kronieken 6:32

32 En zij dienden voor den tabernakel van de tent der samenkomst met gezangen, totdat Salomo het huis des HEEREN te Jeruzalem bouwde; en zij stonden naar hun wijze in hun ambt.

1 Kronieken 6:32 Meaning and Commentary

1 Chronicles 6:32

And they ministered before the dwelling place of the
tabernacles of the congregation with singing
Psalms, hymns, and spiritual songs; this service they performed before the ark, which was in a tent or tabernacle David pitched for it; and which the Targum here calls the tabernacle of time, or a temporary tabernacle:

until Solomon had built the house of the Lord in Jerusalem;
the temple there:

and then they waited on their office according to their order;
performed it in the manner prescribed by David, see ( 1 Chronicles 25:1-31 ) .

1 Kronieken 6:32 In-Context

30 Zijn zoon Simea; zijn zoon Haggija; zijn zoon Asaja.
31 Dezen nu zijn het, die David gesteld heeft tot het ambt des gezangs in het huis des HEEREN, nadat de ark tot rust gekomen was.
32 En zij dienden voor den tabernakel van de tent der samenkomst met gezangen, totdat Salomo het huis des HEEREN te Jeruzalem bouwde; en zij stonden naar hun wijze in hun ambt.
33 Dezen nu zijn ze, die daar stonden met hun zonen; van de zonen der Kahathieten, Heman de zanger, de zoon van Joel, den zoon van Samuel,
34 Den zoon van Elkana, den zoon van Jeroham, den zoon van Eliel, den zoon van Toah,
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.