2 Samuël 14:10

10 En de koning zeide: Spreekt iemand tegen u, zo breng hem tot mij; en hij zal u voortaan niet meer aantasten.

2 Samuël 14:10 Meaning and Commentary

2 Samuel 14:10

And the king said, whoever saith [ought] unto thee
Demanding her to deliver up her son to justice, and reproaching her for not doing it:

bring him to me;
give him in charge to a proper officer to be brought before me, and I shall chastise him for it:

and he shall not touch thee any more;
give her any further trouble, by words or deeds.

2 Samuël 14:10 In-Context

8 Toen zeide de koning tot deze vrouw: Ga naar uw huis, en ik zal voor u gebieden.
9 En de Thekoietische vrouw zeide tot den koning: Mijn heer koning, de ongerechtigheid zij op mij en op mijns vaders huis; de koning daarentegen, en zijn stoel, zij onschuldig.
10 En de koning zeide: Spreekt iemand tegen u, zo breng hem tot mij; en hij zal u voortaan niet meer aantasten.
11 En zij zeide: De koning gedenke toch aan den HEERE, uw God, dat de bloedwrekers niet te vele worden om te verderven, dat zij mijn zoon niet verdelgen. Toen zeide hij: Zo waarachtig als de HEERE leeft, indien er een van de haren uws zoons op de aarde zal vallen!
12 Toen zeide deze vrouw: Laat toch uw dienstmaagd een woord tot mijn heer den koning spreken. En hij zeide: Spreek.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.