Ezechiël 13:12

12 Ziet, als die wand zal gevallen zijn, zal dan niet tot u gezegd worden: Waar is de pleistering, waarmede gij gepleisterd hebt?

Ezechiël 13:12 Meaning and Commentary

Ezekiel 13:12

Lo, when the wall is fallen
Jerusalem is taken: shall it not be said unto you;
the false prophets, by the people who had been deceived by them: where [is] the daubing wherewith ye have daubed [it]?
what is become of all your promises of peace, and assurance of safety and prosperity; your smooth words and plausible arguments; your specious pretences, and flattering prophecies? thus would they be insulted by those they had deceived, as well as laughed at by such who disregarded their predictions, and believed the prophets of the Lord.

Ezechiël 13:12 In-Context

10 Daarom, ja, daarom dat zij Mijn volk verleiden, zeggende: Vrede, daar geen vrede is; en dat de een een lemen wand bouwt, en ziet, de anderen denzelven pleisteren met loze kalk.
11 Zeg tot degenen, die met loze kalk pleisteren, dat hij omvallen zal; er zal een overstelpende plasregen zijn; en gij, o grote hagelstenen, zult vallen, en een grote stormwind zal hem splijten.
12 Ziet, als die wand zal gevallen zijn, zal dan niet tot u gezegd worden: Waar is de pleistering, waarmede gij gepleisterd hebt?
13 Daarom alzo zegt de Heere HEERE: Ja, Ik zal hem door een groten stormwind in Mijn grimmigheid splijten, en er zal een overstelpende plasregen zijn in Mijn toorn, en grote hagelstenen in Mijn grimmigheid, om dien te verdoen.
14 Zo zal Ik den wand afbreken, dien gijlieden met loze kalk gepleisterd hebt, en zal hem ter aarde nederwerpen, dat zijn grond zal ontdekt worden; alzo zal de stad vallen, en gij zult in het midden van haar omkomen; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.