Genesis 36:15

15 Dit zijn de vorsten der zonen van Ezau: de zonen van Elifaz, den eerstgeborene van Ezau, waren: de vorst Teman, de vorst Omar, de vorst Zefo, de vorst Kenaz.

Genesis 36:15 Meaning and Commentary

Genesis 36:15

These were dukes of the sons of Esau
Ben Melech says, the difference between a duke and a king was, that a king is crowned and a duke is not crowned; but Jarchi interprets the word of heads of families, which seems probable; so that as Esau's sons and grandsons are before related, here it is suggested that they had large and numerous families, of which they were the heads and governors; and in this and the following verses, ( Genesis 36:16-19 ) ; the sons and grandsons of Esau by his several wives are rehearsed as in the preceding verses, with the title of "duke" given to each of them.

Genesis 36:15 In-Context

13 En dit zijn de zonen van Rehuel: Nahath, en Zerah, Samma en Mizza; dat zijn geweest de zonen van Basmath, Ezau's huisvrouw.
14 En dit zijn geweest de zonen van Aholibama, dochter van Ana, dochter van Zibeon, Ezau's huisvrouw; en zij baarde aan Ezau Jehus, en Jaelam, en Korah.
15 Dit zijn de vorsten der zonen van Ezau: de zonen van Elifaz, den eerstgeborene van Ezau, waren: de vorst Teman, de vorst Omar, de vorst Zefo, de vorst Kenaz.
16 De vorst Korah, de vorst Gaetam, de vorst Amalek; dat zijn de vorsten van Elifaz in het land Edom; dat zijn de zonen van Ada.
17 En dit zijn de zonen van Rehuel, den zoon van Ezau: de vorst Nahath, de vorst Zera, de vorst Samma, de vorst Mizza; dat zijn de vorsten van Rehuel in het land Edom; dat zijn de zonen van Basmath, de huisvrouw van Ezau.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.