Nehemia 11:23

23 Want er was een gebod des konings van hen, te weten, een zeker onderhoud voor de zangers, van elk dagelijks op zijn dag.

Nehemia 11:23 Meaning and Commentary

Nehemiah 11:23

For it was the king's commandment concerning them
Either of King David as some, see ( Nehemiah 12:24 ) or rather of the king of Persia:

that a certain portion should be for the singers, due for every day;
he settled a daily salary for them, to be paid out of his treasury; having perhaps a peculiar respect for such sort of men, being a lover of music, by means of which they had a settled habitation in Jerusalem.

Nehemia 11:23 In-Context

21 En de Nethinim woonden in Ofel; en Ziha en Gispa waren over de Nethinim.
22 En der Levieten opziener te Jeruzalem was Uzzi, de zoon van Bani, den zoon van Hasabja, den zoon van Matthanja, den zoon van Micha; van de kinderen van Asaf waren de zangers tegenover het werk van Gods huis.
23 Want er was een gebod des konings van hen, te weten, een zeker onderhoud voor de zangers, van elk dagelijks op zijn dag.
24 En Petahja, de zoon van Mesezabeel, van de kinderen van Zerah, den zoon van Juda, was aan des konings hand, in alle zaken tot het volk.
25 In de dorpen nu op hun akkers woonden sommigen van de kinderen van Juda, in Kirjath-Arba en haar onderhorige plaatsen, en in Dibon en haar onderhorige plaatsen, en in Jekabzeel en haar dorpen;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.