Richtere 2:21

21 Zo zal Ik ook niet voortvaren voor hun aangezicht iemand uit de bezitting te verdrijven, van de heidenen, die Jozua heeft achtergelaten, als hij stierf;

Richtere 2:21 Meaning and Commentary

Judges 2:21

I also henceforth will not drive out and from before them,
&c.] At least not as yet, not very soon nor hastily, as in ( Judges 2:23 ) ;

of the nations which Joshua left when he died;
that is, unsubdued; which was owing either to the infirmities of old age coming upon him, which made him incapable of engaging further in war with the Canaanites; or to the sloth and indolence of the people, being weary of war, and not caring to prosecute it; or to want of men to cultivate any more land, and people other cities, than what they were possessed of; and chiefly this was owing to the providence of God, who had an end to answer hereby, as follows.

Richtere 2:21 In-Context

19 Maar het geschiedde met het versterven des richters, dat zij omkeerden, en verdierven het meer dan hun vaderen, navolgende andere goden, dezelve dienende, en zich voor die buigende; zij lieten niets vallen van hun werken, noch van dezen harden weg.
20 Daarom ontstak de toorn des HEEREN tegen Israel, dat Hij zeide: Omdat dit volk Mijn verbond heeft overtreden, dat Ik hun vaderen geboden heb, en zij naar Mijn stem niet gehoord hebben;
21 Zo zal Ik ook niet voortvaren voor hun aangezicht iemand uit de bezitting te verdrijven, van de heidenen, die Jozua heeft achtergelaten, als hij stierf;
22 Opdat Ik Israel door hen verzoeke, of zij den weg des HEEREN zullen houden, om daarin te wandelen, gelijk als hun vaderen gehouden hebben, of niet.
23 Alzo liet de HEERE deze heidenen blijven, dat Hij hen niet haastelijk uit de bezitting verdreef; die Hij in de hand van Jozua niet had overgegeven.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.