Ruth 2:10

10 Toen viel zij op haar aangezicht, en boog zich ter aarde, en zij zeide tot hem: Waarom heb ik genade gevonden in uw ogen, dat gij mij kent, daar ik een vreemde ben?

Ruth 2:10 Meaning and Commentary

Ruth 2:10

Then she fell on her face, and bowed herself to the ground,
&c.] In great humility, and under a deep sense of the favour done her, and as showing the greatest respect, in a civil manner, she was capable of:

and said unto him, why have I found grace in thine eyes:
how is it that one so mean and unworthy should have such favour shown?

that thou shouldest take knowledge of me;
take such notice of her, show such affection to her, and bestow such kindness on her:

seeing I am a stranger?
not a citizen of Bethlehem, nor indeed one of the commonwealth of Israel; but, as the Targum,

``of a strange people, of the daughters of Moab, and of a people who were not fit and worthy to enter into the congregation of the Lord.''

Ruth 2:10 In-Context

8 Toen zeide Boaz tot Ruth: Hoort gij niet, mijn dochter? Ga niet, om in een ander veld op te lezen; ook zult gij van hier niet weggaan, maar hier zult gij u houden bij mijn maagden.
9 Uw ogen zullen zijn op dit veld, dat zij maaien zullen, en gij zult achter haarlieden gaan; heb ik den jongens niet geboden, dat men u niet aanroere? Als u dorst, zo ga tot de vaten, en drink van hetgeen de jongens zullen geschept hebben.
10 Toen viel zij op haar aangezicht, en boog zich ter aarde, en zij zeide tot hem: Waarom heb ik genade gevonden in uw ogen, dat gij mij kent, daar ik een vreemde ben?
11 En Boaz antwoordde en zeide tot haar: Het is mij wel aangezegd alles, wat gij bij uw schoonmoeder gedaan hebt, na de dood uws mans, en hebt uw vader en uw moeder, en het land uwer geboorte verlaten, en zijt heengegaan tot een volk, dat gij van te voren niet kendet.
12 De HEERE vergelde u uw daad en uw loon zij volkomen, van den HEERE, den God Israels, onder wiens vleugelen gij gekomen zijt om toevlucht te nemen!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.