Exodus 8:1

1 Daarna zeide de HEERE tot Mozes: Ga in tot Farao, en zeg tot hem: Zo zegt de HEERE: Laat Mijn volk trekken, dat zij Mij dienen.

Exodus 8:1 Meaning and Commentary

Exodus 8:1

And the Lord spake unto Moses
Either whilst the plague upon the waters continued, or immediately upon the removal of it:

go unto Pharaoh, and say unto him, thus saith the Lord, let my
people go, that they may serve me;
mentioning neither time nor place, where, when, and how long they should serve him, for which their dismission was required, but insist on it in general.

Exodus 8:1 In-Context

1 Daarna zeide de HEERE tot Mozes: Ga in tot Farao, en zeg tot hem: Zo zegt de HEERE: Laat Mijn volk trekken, dat zij Mij dienen.
2 En indien gij het weigert te laten trekken, zie, zo zal Ik uw ganse landpale met vorsen slaan;
3 Dat de rivier van vorsen zal krielen, die zullen opkomen, en in uw huis komen, en in uw slaapkamer, ja, op uw bed; ook in de huizen uwer knechten, en op uw volk, en in uw bakovens, en in uw baktroggen.
4 En de vorsen zullen opkomen, op u, en op uw volk, en op al uw knechten.
5 Verder zeide de HEERE tot Mozes: Zeg tot Aaron: Strek uw hand uit met uw staf, over de stromen, en over de rivieren, en over de poelen; en doe vorsen opkomen over Egypteland.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.