Change Translation
- Recent Translations
-
Audio Available
- All Translations
-
Audio Available
Psalmen 29; Psalmen 30
Viewing Multiple Passages
Share
Settings
Psalmen 29
1
Een psalm van David. Geeft den HEERE, gij kinderen der machtigen! geeft den HEERE eer en sterkte.
2
Geeft den HEERE de eer Zijns Naams, aanbidt den HEERE in de heerlijkheid des heiligdoms.
3
De stem des HEEREN is op de wateren, de God der ere dondert; de HEERE is op de grote wateren.
4
De stem des HEEREN is met kracht, de stem des HEEREN is met heerlijkheid.
5
De stem des HEEREN breekt de cederen; ja, de HEERE verbreekt de cederen van Libanon.
6
En Hij doet ze huppelen als een kalf, de Libanon en Sirjon als een jongen eenhoorn.
7
De stem des HEEREN houwt er vlammen vuurs uit.
8
De stem des HEEREN doet de woestijn beven; de HEERE doet de woestijn Kades beven.
9
De stem des HEEREN doet de hinden jongen werpen, en ontbloot de wouden; maar in Zijn tempel zegt Hem een iegelijk eer.
10
De HEERE heeft gezeten over den watervloed; ja, de HEERE zit, Koning in eeuwigheid.
11
De HEERE zal Zijn volk sterkte geven; de HEERE zal Zijn volk zegenen met vrede.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.
Psalmen 30
1
Een psalm, een lied der inwijding van Davids huis.
2
Ik zal U verhogen, HEERE, want Gij hebt mij opgetrokken, en mijn vijanden over mij niet verblijd.
3
HEERE, mijn God! ik heb tot U geroepen, en Gij hebt mij genezen.
4
HEERE! Gij hebt mijn ziel uit het graf opgevoerd; Gij hebt mij bij het leven behouden, dat ik in den kuil niet ben nedergedaald.
5
Psalmzingt den HEERE, gij Zijn gunstgenoten! en zegt lof ter gedachtenis Zijner heiligheid.
6
Want een ogenblik is er in Zijn toorn, maar een leven in Zijn goedgunstigheid; des avonds vernacht het geween, maar des morgens is er gejuich.
7
Ik zeide wel in mijn voorspoed: Ik zal niet wankelen in eeuwigheid.
8
Want, HEERE! Gij hadt mijn berg door Uw goedgunstigheid vastgezet; maar toen Gij Uw aangezicht verborgt, werd ik verschrikt.
9
Tot U, HEERE! riep ik, en ik smeekte tot den HEERE:
10
Wat gewin is er in mijn bloed, in mijn nederdalen tot de groeve? Zal U het stof loven? Zal het Uw waarheid verkondigen?
11
Hoor, HEERE! en wees mij genadig; HEERE! wees mij een Helper.
12
Gij hebt mij mijn weeklage veranderd in een rei; Gij hebt mijn zak ontbonden, en mij met blijdschap omgord; [ (Psalms 30:13) Opdat mijn eer U psalmzinge, en niet zwijge. HEERE, mijn God! in eeuwigheid zal ik U loven. ]
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.